Het gebruik van cocaïne in de privésfeer is geen reden om een werknemer op staande voet te ontslaan.

Dit heeft de kantonrechter onlangs beslist. Hetgeen wat er in de zaak bij de kantonrechter speelde luidt als volgt.

Een medewerker van een montagebedrijf wordt ontslagen, omdat hij drugs gebruikt zou hebben of onder invloed zou zijn van drugs.
De werkgever meende dat er in de arbeidsovereenkomst is opgenomen dat het gebruik van drugs tot ontslag op staande voet zou leiden.
De kantonrechter oordeelde dat het niet aan de werkgever is om te beslissen of bepaalde redenen tot ontslag dringend zijn of niet. Een afspraak hierover is zelf nietig.
Een werkgever kan wel hoge en/of strenge eisen stellen aan zijn werknemers, maar de beslissing of er sprake is van dringende redenen ligt uiteindelijk bij de kantonrechter.

Daarbij viel het de kantonrechter op dat, zoals het in de arbeidsvoorwaarden stond, dat het drugsgebruik alleen verboden was tijdens het werk of woon-werkverkeer en niet specifiek in de privésfeer.  Wanneer het drugsgebruik heeft plaatsgevonden moet dan natuurlijk wel te bewijzen zijn.
In deze zaak wordt het doorbetalen loon van de werknemer toegewezen en vermeerderd met een wettelijke verhoging van 10% en wettelijke rente.

De Hoge Raad oordeelde eerder in het arrest  Dirsz/Hyatt  echter anders ten aanzien van drugsgebruik bij werknemers. Hierin werd er geen onderscheid gemaakt tussen de privésfeer en werk of woon-werkverkeer. De vraag luidt dan ook of dit oordeel juist is als je deze naast het EVRM houdt en wel naast artikel 8 dat ziet op bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

In deze zaak was de werknemer werkzaam in een hotelcasino waar een streng antidrugsbeleid van toepassing was.
In dit beleid was onder andere opgenomen dat een positieve uitkomst op een drugstest een reden voor ontslag kan zijn. De betreffende werknemer hier ook voor getekend.
De werknemer werd vervolgens tweemaal positief getest op drugs en werd voorgesteld om aan een rehabilitatieprogramma deel te nemen. Toen de werknemer dit weigerde is hij op staande voet ontslagen.

In deze specifieke omstandigheid, waar er in het bedrijf een streng antidrugsbeleid wordt gevoerd, heeft het casino er belang bij dat zij hun goede naam behouden voor de aantrekkelijkheid van haar gasten.
Belangrijk in dit verband is dat de Hoge Raad weliswaar de juiste maatstaf heeft aangewend, maar hieraan volgens velen de verkeerde invulling heeft gegeven.

Door: T. Mabrouk